SV | En het geschiedde, als ik deze woorden hoorde, zo zat ik neder, en weende, en bedreef rouw, [enige] dagen; en ik was vastende en biddende voor het aangezicht van den God des hemels. |
WLC | וַיְהִ֞י כְּשָׁמְעִ֣י ׀ אֶת־הַדְּבָרִ֣ים הָאֵ֗לֶּה יָשַׁ֙בְתִּי֙ וָֽאֶבְכֶּ֔ה וָאֶתְאַבְּלָ֖ה יָמִ֑ים וָֽאֱהִ֥י צָם֙ וּמִתְפַּלֵּ֔ל לִפְנֵ֖י אֱלֹהֵ֥י הַשָּׁמָֽיִם׃ |
Trans. | wayəhî kəšāmə‘î ’eṯ-hadəḇārîm hā’ēlleh yāšaḇətî wā’eḇəkeh wā’eṯə’abəlâ yāmîm wā’ĕhî ṣām ûmiṯəpallēl lifənê ’ĕlōhê haššāmāyim: |
En het geschiedde, als ik deze woorden hoorde, zo zat ik neder, en weende, en bedreef rouw, [enige] dagen; en ik was vastende en biddende voor het aangezicht van den God des hemels.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En het geschiedde, als ik deze woorden hoorde, zo zat ik neder, en weende, en bedreef rouw, [enige] dagen; en ik was vastende en biddende voor het aangezicht van den God des hemels.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!